Weekendje hier, weekendje daar

21 juni 2016 - Shanghai, China

Waar de meeste Nederlanders rond deze tijd op vakantie gaan, zoals mijn ouders, maak ik hier in China vakantie weekendjes. Nanjing, Kunshan en Jiangyin waren afgelopen maand de bestemmingen. Op een zondagavond besloot ik om nog maar eens naar Nanjing te gaan en voor ik het wist was het al vrijdagavond en zat ik in de trein. In diezelfde week werd ons verteld dat we mee mochten met een teamuitje met een deel van de receptie van de drie Shanghai hotels naar een zuster hotel vlakbij Suzhou aan het Dianshan meer. Drie dagen na het teamuitje vertrok ik met mijn Chinese mattie Johnson naar zijn home town.

Mijn tweede bezoek aan Nanjing had ik het qua weer een stuk beter getroffen. Na een avondje stappen was er eindelijk om 15:00u energie gevonden om uit bed te komen en ging ik erop uit met Gabriela. Helaas was Mart, vriend van Eva die een week op bezoek was, ziek geworden en bleven zij thuis. Gaby en ik gingen opzoek naar de brug die de grote Yangze rivier overbrugt, maar die konden we helaas niet vinden. Wat we wel vonden was een prachtige tempel. Helaas was het al laat en was de tempel dicht. De volgende dag was het nog mooier weer en bezochten we de tempel toen maar. Met de roltrap omhoog, zo lui als we waren, konden we genieten het uitzicht en van de tempel zelf. Hier kwamen wij tot de ontdekking dat we de dag ervoor aardig dichtbij de brug waren en dat deze eigenlijk niet de moeite waard was om te zien. Een verloren dag was dat niet, het was namelijk erg leuk om eens door wijken buiten het centrum te lopen. Geen idee waar we werden en werden aangekeken door de locals alsof wij de eerste buitenlanders waren die ze zagen in hun leven. Dat had ik ook in Jiangyin.

Een weekend met Johnson naar zijn home town Jiangyin, een gemiddelde stad qua inwoners. Slechts 1 miljoen mensen. Je zou denken dat buitenlanders niet bijzonder zijn, maar het tegendeel werd bewezen dat weekend. Het hele weekend ben ik geen andere buitenlander tegengekomen. Voordat we in Jiangyin waren moest er een treinrit en busrit afgelegd worden op zaterdagochtend (te) vroeg. Het plan was om om 6:00u te vertrekken, maar doordat ik laat thuis was gekomen en mijn wekker in mijn slaap had uitgezet, werd dat ruim een uur later. Een beetje verlaat stonden wij op Hongqiao Railway station. Het was de tweede keer dat ik hier was, maar nu had ik meer tijd om rond te kijken en te beseffen hoe groot het wel niet is. Na de trein naar Wuxi stapten we op de bus naar Jiangyin. Tijdens de busrit speelde er een filmpje af. Een veiligheidsfilmpje op z’n Chinees. De gevolgen van geen gordel om doen. Filmpjes van echte ongelukken met bussen die over de kop vlogen, gezien vanuit een onboard camera zodat je de mensen door de bus zag vliegen. Dit gaf mij toch niet echt een veilig gevoel ook al had ik mijn riem om. We kwamen gelukkig veilig aan en zochten wat eten en een hotel. Mijn kamer was prima, alleen een hard bed en de indeling van de kamer was bijzonder te noemen. Zie het grote raam op de foto van de douche naast mijn bed. Hier kon geen gordijn of iets dergelijks voor. Maar goed dat ik alleen op de kamer verbleef. Na de kamer inspectie bezochten we een mooi park aan de rand van de stad langs een rivier. Vervolgens nog een park bekeken met een strandje. Wat mij direct opviel was dat het op zo’n mooie zonnige en warme zaterdag amper mensen op het strandje lagen. In Nederland was er namelijk geen plekje meer te vinden. Dit komt omdat de Chinezen het liefst zo wit mogelijk willen zijn. De zon scheen vol op en Johnson liep nog net niet van schaduwplek naar schaduwplek, waar ik graag in de zon liep. Uiteindelijk kwamen we bij een een local restaurantje en zijn we daar wezen eten. De volgende dag bezochten we een stadje dichtbij Jiangyin. Hier liepen we over een nagemaakte neppe Chinese muur de berg op. Zonnig was het niet, maar wel enorm benauwd. Eenmaal boven bij de tempel op adem gekomen gingen we met de lift naar beneden. Daar zag ik al een kartbaantje en kon het niet laten om wat rondjes te rijden. Kan al niet wachten om weer in mijn Golfje te crossen als ik terug ben, mocht hij nog leven. Na de kartsessie begon onze reis terug naar huis.

Crossen deden Wim en ik ook zo goed als de maandag voor Jiangyin. Op Shanghai Railway station kwamen we tot de ontdekking dat onze kaartjes opgehaald moest worden bij een loket. Daar wachtte de volgende verrassing, want een collega had Wims gegevens fout ingevoerd en dus had hij geen kaartje. Zonder kaartje voor Wim sprintten wij naar de ingang en naar de gate waar onze collega’s op ons stonden te wachten. Een derde sprint moest getrokken naar de trein die aan het andere uiteinde van het spoor stond. Daar renden 4 Chinese Daphne Schippers, 13 Chinese en 2 Nederlandse Usain Bolts over het perron. Net op tijd sprongen we de trein in. We waren nog niet uitgezweet of we moesten al weer uitstappen. Buiten was het zo’n 30 graden wat heerlijk was voor een vakantie weekendje. Gelukkig konden we afkoelen in het binnenzwembad van het hotel en kon er ook ge(tafel)tennist, gesnookerd en gefietst worden. Tijdens een fietstochtje waren onze collega’s aardig onder de indruk van Wim’s wheelie en dat wij zonder handen konden fietsen. “We are from the country of bicycle, of course we can do that!” ’s Avonds een heerlijke BBQ gehad en het EK gekeken. De volgende dag was het nog warmer dus een potje tennis zat er niet in. Het was dus lekker niksen en ’s middags na het uitchecken in Kunshan wezen lunchen. Nog voor het avond eten weer thuis en vroeg slapen, want de volgende dagen moest er weer gewerkt worden.

Weer drie leuke uitstapjes gehad. Nog even genieten hier, want over zeven weken zit ik al weer in Dronten. Voor mijn vertrek heb ik nog één leuke trip op de planning staan: vier dagen Beijing. Tot de volgende blog.

Foto’s